- vogel ei variëteit
- Witte Eieren
- Witte eieren met stippen of vlekken
- Groene vogeleieren
- blauwe eieren
- Bruine vogeleieren
- Rode, grijze en gele eieren
- Veel Gestelde Vragen

Tijdens het wandelen of tuinieren kom je af en toe vogelnestjes, eieren of eierschalen tegen. Welke vogel heeft de eieren gelegd? We hebben kenmerken van vogeleieren van inheemse soorten verzameld.
In een notendop
- Vogelnesten met eieren hebben zelden menselijke hulp nodig
- afhankelijk van de vogelsoort verlaten de vogels de koppeling voor een korte tijd
- Het leggen van eieren duurt soms enkele dagen
- Aangepaste kleuring van eieren om locaties uit te broeden
vogel ei variëteit
Vogeleieren kunnen klein of groot zijn, licht of donker, vast of gevlekt, ruw of glad, dof of glanzend. De eieren van inheemse vogels hebben we op kleur gesorteerd met de belangrijkste kenmerken voor je samengesteld.
Merk op: De federale natuurbeschermingswet verbiedt het wegnemen van vogeleieren uit de natuur.
Witte Eieren
Grote bonte specht (Dendrocopos major)

- Habitat: bosgebieden, tuinen, nederzettingen
- Broedseizoen: april tot augustus, één jaarlijks broed
- Incubatietijd: 11 tot 12 dagen
- Opslagplaats: broedholtes in rotte boomstammen
- Koppelingsmaat: 4 tot 7 eieren
- Eiermaat: 20 x 29 millimeter
IJsvogel (Alcedo atthis)

- Habitat: rivieren, meren
- Broedseizoen: maart tot september, twee tot vier jaarlijkse broedsels
- Incubatietijd: 17 tot 21 dagen
- Plaats van deponering: op de steile oevers van water in nestbuizen
- Koppelingsmaat: 6 tot 7 eieren
- Eiermaat: 22 x 16 millimeter
Groene specht (Picus viridis)

- Habitat: Bosranden, tuinen
- Broedseizoen: april tot augustus, één jaarlijks broed
- Incubatietijd: 14 tot 15 dagen
- Opslaglocatie: boomholten, nestkasten
- Koppelingsmaat: 5 tot 8 eieren
- Eiermaat: 28 x 33 millimeter
- Kenmerk: wit, glad en glanzend
Havik (Accipiter gentilis)

- Habitat: naaldbos
- Broedseizoen: maart tot juli, een jaarlijks broedsel
- Incubatietijd: 35 tot 40 dagen
- Opslaglocatie: in boomtoppen
- Koppelingsmaat: 2 tot 5 eieren
- Eiermaat: 55 x 42 millimeter
Futen (Podiceps cristatus)

- Habitat: Kustgebieden, Boddenwateren
- Broedseizoen: maart tot oktober, een of twee jaarlijkse broedsels
- Incubatietijd: 25 tot 29 dagen
- Plaats van deponering: in het water, in de oevervegetatie
- Koppelingsmaat: 2 tot 6 eieren
- Eiermaat: 53 x 35 millimeter
Mandarijneend (Aix galericulata)

- Habitat: Wateren met dichte oevervegetatie en bomen
- Broedseizoen: april tot mei, één jaarlijks broed
- Incubatietijd: 28 tot 30 dagen
- Opslaglocatie: boomholtes
- Koppelingsmaat: 9 tot 12 eieren
- Eiermaat: 49 x 39 millimeter
Gierzwaluw (Apus apus)

- Habitat: kliffen, nederzettingen
- Broedseizoen: mei tot september, een jaarlijks broedsel
- Incubatietijd: 20 tot 21 dagen
- Opslaglocatie: in rotsgrotten, op gebouwen
- Koppelingsmaat: 2 tot 3 eieren
- Eiermaat: 25 x 16 millimeter
Huiszwaluw (Delichon urbicum)

- Habitat: Nederzettingen
- Broedseizoen: mei tot september, één tot twee jaarlijkse broedsels
- Incubatietijd: 17 tot 20 dagen
- Opslaglocatie: op de buitenmuren van gebouwen
- Koppelingsmaat: 3 tot 5 eieren
- Eiermaat: 19 x 13 millimeter
Stadsduif (Columba livia domestica)

- Habitat: Nederzettingen
- Broedseizoen: maart tot augustus, twee tot vier jaarlijkse broedsels
- Incubatietijd: 16 tot 18 dagen
- Opslaglocatie: in gebouwen
- Koppelingsmaat: 2 tot 3 eieren
- Eiermaat: 26 x 30 millimeter
- Functie: wit, glanzend
Ooievaar (Ciconia ciconia)

- Habitat: velden en weiden, wetlands
- Broedseizoen: maart tot september
- Incubatietijd: 32 tot 34 dagen
- Opslaglocatie: op daken, torens en bomen
- Koppelingsmaat: 3 tot 5 eieren
- Eiermaat: 77 x 52 millimeter
Witte eieren met stippen of vlekken
Pimpelmees (Cyanistes caeruleus)

- Habitat: bossen, tuinen, nederzettingen
- Broedseizoen: maart tot augustus, één tot twee jaarlijkse broedsels
- Incubatietijd: 13 tot 15 dagen
- Opslaglocatie: in boomholtes
- Koppelingsmaat: 6 tot 14 eieren
- Eiermaat: 16 x 12 millimeter
- Kenmerk: wit met roodbruine vlekken
Veldleeuwerik (Alauda arvensis)

- Habitat: weiden, velden, zandduinen
- Broedseizoen: april tot augustus, twee jaarlijkse broedsels
- Incubatietijd: 11 tot 14 dagen
- Opslaglocatie: op de grond, in bakken
- Koppelingsmaat: 3 tot 5 eieren
- Eiermaat: 24 x 17 millimeter
- Kenmerk: wit met bruine vlekken
Boomklever (Sitta europaea)

- Habitat: bossen, tuinen, nederzettingen
- Broedseizoen: maart tot juni, één jaarlijks broedsel
- Incubatietijd: 15 tot 18 dagen
- Opslaglocatie: in boomholtes
- Koppelingsmaat: 5 tot 9 eieren
- Eiermaat: 19 x 15 millimeter
- Kenmerk: wit met bruine vlekken
Koolmees (Parus major)

- Habitat: bossen, tuinen, nederzettingen
- Broedseizoen: maart tot augustus, één tot twee jaarlijkse broedsels
- Incubatietijd: 13 tot 15 dagen
- Opslaglocatie: in boomholten, nestkasten
- Koppelingsmaat: 6 tot 12 eieren
- Eiermaat: 18 x 13 millimeter
- Kenmerk: wit met roodbruine vlekken
Buizerd (Buteo buteo)

- Habitat: velden, bossen, landbouwgrond
- Broedseizoen: maart tot augustus, een jaarlijks broedsel
- Incubatietijd: 33 tot 35 dagen
- Opslaglocatie: in bomen
- Koppelingsmaat: 2 tot 3 eieren
- Eiermaat: 60 x 45 millimeter
- Kenmerk: wit met bruine vlekken
Rode wouw (Milvus milvus)

- Habitat: velden, weiden, bosranden
- Broedseizoen: april tot augustus, één jaarlijks broed
- Incubatietijd: 29 tot 30 dagen
- Opslaglocatie: in bomen, op richels
- Koppelingsmaat: 2 tot 3 eieren
- Eiermaat: 57 x 45 millimeter
- Kenmerk: wit met bruine vlekken
Staartmees (Aegithalos caudatus)

- Habitat: Bosranden, parken, tuinen
- Broedseizoen: maart tot juni, één jaarlijks broedsel
- Incubatietijd: 13 tot 14 dagen
- Plaats van opslag: in bomen, hagen en struiken
- Koppelingsmaat: 8 tot 12 eieren
- Eiermaat: 14 x 11 millimeter
- Kenmerk: wit met rode stippen
Winterkoninkje (Troglodytes troglodytes)

- Habitat: Bosranden met veel ondergroei
- Broedseizoen: april tot augustus, twee jaarlijkse broedsels
- Incubatietijd: 15 tot 16 dagen
- Plaats van deponering: op de grond in dichte bosvegetatie
- Koppelingsmaat: 5 tot 7 eieren
- Eiermaat: 17 x 12 millimeter
- Kenmerk: wit met bruine vlekken
Groene vogeleieren
Ekster (pica pica)

- Habitat: bossen, tuinen, nederzettingen
- Broedseizoen: maart tot augustus, een jaarlijks broedsel
- Incubatietijd: 17 tot 18 dagen
- Bewaarplaats: in hagen en loofbomen Koppelingsmaat: 5 tot 7 eieren
- Eiermaat: 33 x 23 millimeter
- Kenmerk: groen met donkerbruine vlekken
Roodstaart (Phoenicurus phoenicurus)

- Habitat: tuinen, parken, bossen, nederzettingen
- Broedseizoen: april tot augustus, één jaarlijks broed
- Incubatietijd: 12 tot 14 dagen
- Opslaglocatie: op gebouwen, in nestkasten
- Koppelingsmaat: 5 tot 7 eieren
- Eiermaat: 19 x 14 millimeter
- Kenmerk: groenachtig blauw
Grijze reiger (Ardea cinerea)

- Habitat: meren, rivieren, wetlands
- Broedseizoen: februari tot augustus, één jaarlijks broedsel
- Incubatietijd: 25 tot 28 dagen
- Opslaglocatie: in boomtoppen
- Koppelingsmaat: 3 tot 5 eieren
- Eiermaat: 60 x 43 millimeter
- Feature: groen-blauw, mat oppervlak
Knobbelzwaan (Cygnus olor)

- Habitat: vijvers, poelen, rivieren, meren
- Broedseizoen: april tot oktober, één jaarlijks broedsel
- Incubatietijd: 33 tot 38 dagen
- Plaats van deponering: op het water in de oevervegetatie
- Koppelingsmaat: 5 tot 8 eieren
- Eiermaat: 98 x 62 centimeter
- Kenmerk: groenachtig grijs
Zilvermeeuw (Larus argentatus)

- Habitat: Kustgebieden, duinen, velden, wetlands
- Broedseizoen: april tot augustus, één jaarlijks broed
- Incubatietijd: 27 tot 30 dagen
- Opslaglocatie: op de grond, op richels, in gebouwen
- Koppelingsmaat: 2 tot 3 eieren
- Eiermaat: 71 x 49 millimeter
- Feature: olijfgroen
Pijlstaart (Anas acuta)

- Habitat: Kustwateren en meren Broedseizoen: april tot augustus, één broedsel per jaar
- Incubatietijd: 22 tot 25 dagen
- Plaats van deponering: op de grond, in dichte oevervegetatie
- Koppelingsmaat: 7 tot 10 eieren
- Eiermaat: 54 x 37 millimeter
- Kenmerk: groengeel
Spreeuw (Sturnus vulgaris)

- Habitat: velden, tuinen, bossen
- Broedseizoen: maart tot juli, één tot twee jaarlijkse broedsels
- Incubatietijd: 12 tot 13 dagen
- Plaats van deponering: in boomholten, in nestkasten
- Koppelingsmaat: 4 tot 7 eieren
- Eiermaat: 30 x 21 millimeter
- Kenmerk: groenachtig blauw
Wilde eend (Anas platyrhynchos)

- Habitat: langs stromend water
- Broedseizoen: eind februari tot september, één jaarlijks broedsel
- Incubatietijd: 28 tot 29 dagen
- Plaats van deponering: in een holte in de grond, een beetje uit de buurt van de kust
- Koppelingsmaat: 10 tot 12 eieren
- Eiermaat: 57x 41 centimeter
- Kenmerk: groenachtig grijs
blauwe eieren
Merel (Turdus merula)

- Habitat: bossen, tuinen, nederzettingen
- Broedseizoen: februari tot augustus, twee tot vier jaarlijkse broedsels
- Incubatietijd: 13 tot 14 dagen
- Opslaglocatie: dicht bij de grond in hagen en struiken
- Koppelingsmaat: 4 tot 5 eieren
- Eiermaat: 29 x 21 millimeter
- Kenmerk: blauw met bruin patroon, licht glanzend
Kruisbek (Loxia curvirostra)

- Habitat: naaldbossen en gemengde bossen
- Broedseizoen: januari tot maart, één tot twee jaarlijkse broedsels
- Incubatietijd: 14 tot 16 dagen
- Bewaarplaats: in coniferen
- Koppelingsmaat: 3 tot 5 eieren
- Eiermaat: 22 x 16 millimeter
- Kenmerk: blauwachtig met bruine vlekken
Goudvink (Pyrrhula pyrrhula)

- Habitat: Bossen, parken, tuinen
- Broedseizoen: april tot juli, twee jaarlijkse broedsels
- Incubatietijd: 13 tot 14 dagen
- Plaats van opslag: in bomen en struiken
- Koppelingsmaat: 4 tot 6 eieren
- Eiermaat: 18 x 13 millimeter
- Kenmerk: lichtblauw met zwarte stippen
Groenling (Carduelis chloris)

- Habitat: bos, velden, tuinen
- Broedseizoen: maart tot augustus, één tot twee jaarlijkse broedsels
- Incubatietijd: 12 tot 14 dagen
- Opslaglocatie: in hagen, struiken, bomen
- Koppelingsmaat: 3 tot 7 eieren
- Eiermaat: 20 x 14 millimeter
- Kenmerk: lichtblauw met bruine vlekken
Huismus (Passer domesticus)

- Habitat: tuinen, parken, nederzettingen
- Broedseizoen: maart tot september, twee tot vier jaarlijkse broedsels
- Incubatietijd: 12 tot 14 dagen
- Opslaglocatie: op gebouwen, in nestkasten, in bomen
- Koppelingsmaat: 4 tot 6 eieren
- Eiermaat: 22 x 16 millimeter
- Kenmerk: lichtblauw met bruine vlekken
Raaf (Corvus corax)

- Habitat: bos, bergen
- Broedseizoen: februari tot augustus, één jaarlijks broedsel
- Incubatietijd: 20 tot 21 dagen
- Opslaglocatie: in bomen, op rotsachtige hellingen
- Koppelingsmaat: 3 tot 6 eieren
- Eiermaat: 49 x 33 millimeter
- Kenmerk: blauw of groen met donkere vlekken
Aalscholver (Phalacrocorax carbo)

- Habitat: op grote meren en rivieren
- Broedseizoen: maart tot augustus, een jaarlijks broedsel
- Incubatietijd: 28 tot 30 dagen
- Opslaglocatie: op bomen, op richels
- Koppelingsmaat: 3 tot 4 eieren
- Eiermaat: 59 tot 41 millimeter
- Kenmerk: lichtblauw
Distelvink (Carduelis carduelis)

- Habitat: bossen, landbouwgrond
- Broedseizoen: april tot september, twee jaarlijkse broedsels
- Incubatietijd: 12 tot 14 dagen
- Opslaglocatie: in takvorken
- Koppelingsmaat: 4 tot 6 eieren
- Eiermaat: 17 x 13 millimeter
- Kenmerk: blauwachtig met roodbruine vlekken
Bruine vogeleieren
Kievit (Vanellus vanellus)

- Habitat: Natte weiden, weiden
- Broedseizoen: maart tot augustus, een jaarlijks broedsel
- Incubatietijd: 26 tot 27 dagen
- Opslaglocatie: op de grond in weilanden en velden
- Koppelingsmaat: 3 tot 4 eieren
- Eiermaat: 46 x 32 millimeter
- Eigenschappen: lichtbruin met zwarte vlekken
Kraan (Grus Grus)

- Habitat: moerassen, moerassen, velden, wateren
- Broedseizoen: maart tot september, één jaarlijks broedsel
- Incubatietijd: 28 tot 30 dagen
- Opslaglocatie: op de grond
- Koppelingsmaat: 1 tot 2 eieren
- Eiermaat: 98 x 62 millimeter
- Kenmerk: olijfbruin of roodbruin met bruine vlekken
Kokmeeuw (Chroicocephalus ridibundus)
- Habitat: Kustgebieden, weiden, weilanden, wetlands
- Broedseizoen: april tot juli, één jaarlijks broedsel
- Incubatietijd: 22 tot 24 dagen
- Opslaglocatie: op de grond bij water
- Koppelingsmaat: 2 tot 3 eieren
- Eiermaat: 52 x 36 millimeter
- Kenmerk: bruinachtig of groenachtig met donkere vlekken
Merk op: Nestkasten zijn een geweldige manier om inheemse vogels te ondersteunen. Let op de juiste hoogte. Om de vogeleieren te beschermen tegen nestrovers raden wij aan om nestkasten te plaatsen op plaatsen waar geen takken zijn.
Rode, grijze en gele eieren
Vink (Fringilla coelebs)

- Habitat: bossen, tuinen, nederzettingen
- Broedseizoen: april tot augustus, twee jaarlijkse broedsels
- Incubatietijd: 12 tot 13 dagen
- Opslaglocatie: in takvorken
- Koppelingsmaat: 4 tot 6 eieren
- Eiermaat: 19 x 15 millimeter
- Kenmerk: roodachtig met roodbruine vlekken
Appelvink (Coccothraustes coccothraustes)

- Habitat: bossen, tuinen
- Broedseizoen: april tot augustus, één jaarlijks broed
- Incubatietijd: 11 tot 12 dagen
- Opslaglocatie: in struiken en hagen
- Koppelingsmaat: 4 tot 6 eieren
- Eiermaat: 24 x 18 millimeter
- Kenmerk: grijs met donkerbruine vlekken
Roodborstje (Erithacus rubecula)

- Habitat: bos, tuinen, nederzettingen
- Broedseizoen: april tot augustus, twee jaarlijkse broedsels
- Incubatietijd: 13 tot 14 dagen
- Opslagplaats: in het kreupelhout, in het gras, in holen
- Koppelingsmaat: 4 tot 6 eieren
- Eiermaat: 20 x 15 millimeter
- Kenmerk: geelachtig met bruine vlekken
Merk op: Ter bescherming van vogeleieren is het snoeien van heggen verboden van 1 maart tot 30 september. Gedurende deze tijd is alleen een trimbeurt toegestaan.
Speciaal geval: Koekoek (Cuculus canorus)

- Habitat: lichte bosgebieden, nabij water
- Broedseizoen: april tot september
- Incubatietijd: 12 tot 13 dagen
- Opslagplaats: in nesten van andere vogels
- Koppelingsmaat: 10 tot 25 eieren
- Eiermaat: 21 x 17 millimeter
- Kenmerk: kleur afgestemd op de eieren van de gastdieren
Veel Gestelde Vragen
Hoe weet je of een eitje bevrucht is?Experts kunnen zien of een ei bevrucht is of niet door het te schouwen met een sterke lichtbron. Onbevruchte eieren zijn helder. Bevruchte eieren daarentegen zijn ondoorzichtig. Dit wordt veroorzaakt door bloedvaten die zich kort na de bevruchting vormen om het embryo van voedingsstoffen te voorzien.
Waarom zijn vogeleieren vaak gevlekt of van een patroon voorzien?Kleurtinten, patronen of spikkels dienen ter camouflage en bescherming tegen roofdieren. Hierdoor zijn de eieren van veel vogelsoorten nauwelijks van hun omgeving te onderscheiden.
Hebben vogeleieren altijd een ovale vorm?De meeste eieren zijn ovaal van vorm. Dit voorkomt dat hij snel wegrolt. Uilen leggen meestal ronde eieren. Ze broeden in een boomholte waar geen gevaar voor wegrollen is.